‘Infecties bij implantaten treden steeds vaker op’
Richtlijnen voorkomen dat je patiënten te lang de zorg onthoudt die ze nodig hebben, vindt tandarts Yvonne de Waal. Onderwijs speelt daarbij een belangrijke rol.
‘Niemand kan alle literatuur bijhouden, zeker niet als het gaat om een vakgebied waarop veel verandert, zoals de implantologie. Dan beland je in een moeras. Alleen daarom al zijn richtlijnen van groot belang. Ze bieden gestructureerd en overzichtelijk alle beschikbare kennis en inzichten. Dat voorkomt dat je te lang wacht met ingrijpen omdat je niet goed weet wat je moet doen.’
Dat zegt Yvonne de Waal. Ze is algemeen mede-eigenaar van een groepspraktijk in Winschoten en onderzoeker aan het UMCG. Bij dat Groningse ziekenhuis promoveerde ze op een onderzoek naar peri-implantaire infecties. Ze kreeg een prijs voor haar proefschrift vanwege de helderheid en de leesbaarheid ervan.
Even wennen
Vanwege deze deskundigheid was Yvonne de Waal betrokken bij de nieuwe richtlijn Peri-implantaire infecties, die in april 2018 aan het Zorginstituut werd aangeboden. ‘Die richtlijn is nodig omdat infecties bij implantaten steeds vaker optreden,’ vertelt ze. ‘Dat gebeurt meestal pas een paar jaar na het plaatsen van het implantaat. Als tandarts krijg je daar dus hoe dan ook mee te maken, of je nu wel of niet implantaten plaatst. En het is van groot belang dat je dan precies weet wat je moet doen.’
Als onderzoeker bij een universitair medisch centrum weet Yvonne de Waal hoe belangrijk het onderwijs is voor de toepassing van richtlijnen. ‘Studenten raken vertrouwd met die richtlijnen tijdens hun opleiding en passen ze dan ook veel makkelijker toe als ze met hun loopbaan beginnen. Mondzorgprofessionals die al langer werken, moeten er soms nog even aan wennen. Ik vind dat heel begrijpelijk, en denk daarom dat het belangrijk is dat er een organisatie bestaat als KIMO, die dat allemaal overzichtelijk en in één hand houdt.’
Concreet
Ook buiten de implantologie zijn richtlijnen van belang, aldus Yvonne de Waal. ‘Maar ik pleit er wel voor de scope beperkt te houden. Hoe specifieker een richtlijn, hoe eenvoudiger de uitgangsvragen zijn en hoe beter het resultaat. Over een brede richtlijn ben je langer in gesprek en dan loop je de kans dat het ergens in het proces misgaat. Wees concreet, knip onderwerpen desnoods op. Dat vergroot de kans op succes.’