Richtlijn

Indicatiestelling van intra-oraal en panoramisch röntgenologisch onderzoek in de mondzorg

Pijnklachten

Uitgangsvragen

-
  1. Wat is de indicatie voor röntgenologisch onderzoek bij de diagnostiek van pijnklachten in de mond?
  2. Welke röntgenologische techniek (intra-orale bitewings, bitewings met apparatuur voor panorama-opnamen, peri-apicale opnamen, panorama-opnamen) wordt aanbevolen in de in vraag 1 genoemde situaties?

PICO

Populatie Patiënten in de mondzorgpraktijk
Interventie Intra-orale bitewings, bitewings met apparatuur voor panorama-opnamen, peri-apicale opnamen of panorama-opnamen
Controle Klinisch onderzoek of andere I
Uitkomstmaten (Outcome) –              Diagnostische waarde

–              Diagnostische doelmatigheid

–              Stralenbelasting

–              Kosten

Aanbeveling

+

Screening
Niet van toepassing

Diagnostiek
Voor pijn bij trauma verwijst de richtlijnontwikkelcommissie naar de KIMO-richtlijn Tandletsel – Dental Trauma Guide.

Anamnese en klinisch onderzoek en informatie uit eventuele eerdere röntgenologische opnamen zijn leidend om tot een diagnose te komen bij patiënten met pijn.

Indien anamnese, klinisch onderzoek en/of eventuele eerdere röntgenologische opnamen wijzen in de richting van een bepaalde diagnose, verwijst de richtlijnontwikkelcommissie naar het betreffende hoofdstuk voor het aanbevolen type röntgenologisch onderzoek.

Indien anamnese, klinisch onderzoek en/of eventuele eerdere röntgenologische opnamen wijzen op een niet-dentogene oorzaak van de pijn, wordt aanbevolen verwijzing te overwegen naar een gedifferentieerd behandelaar of tweedelijns zorg voor dit type pijn.

Indien anamnese, klinisch onderzoek en/of eventuele eerdere röntgenologische opnamen niet wijzen in de richting van een bepaalde diagnose wordt in principe geen röntgenologisch onderzoek aanbevolen. In dat geval suggereert de richtlijnontwikkelcommissie follow-up, dan wel verwijzing naar een meer gedifferentieerde behandelaar of tweedelijnszorg.

Behandeling
Niet van toepassing

Pijnklachten in de tandheelkunde worden meestal veroorzaakt door cariës, endodontische en/of parodontale problemen. Pijnklachten kunnen acuut en/of chronisch zijn en kunnen zowel een dentogene als een niet-dentogene oorzaak hebben.

Vaak wordt in de differentiaal diagnose al een mogelijke motivatie voor het maken van een peri-apicale röntgenologische opname gevonden. Toch is het belangrijk na te denken wat in welk geval de beste opname is en of de röntgenologische opname wel de eerstvolgende aanvullende diagnostische test is. In het geval de differentiaal diagnose wijst op een niet-dentogene, orofaciale pijn (musculoskeletaal, neurovasculair, neuropathie of gerefereerde pijn) hebben röntgenologische opnamen in de algemene tandartspraktijk geen aanvullende waarde.

Napijn na tandheelkundige behandeling wordt in dit hoofdstuk niet behandeld.

Methoden

Op 19 mei 2024 is in Ovid Medline gezocht naar bewijs uit de literatuur. Hierbij is gezocht naar combinaties van gecontroleerde trefwoorden en vrije tekstwoorden gericht op pijnklachten en röntgenologische technieken. De volledige zoekstrategie is opgenomen in bijlage 4. Met behulp van tevoren vastgestelde selectiecriteria is de literatuurselectie uitgevoerd in twee stappen: eerst op basis van titel en abstract en daarna op basis van de volledige tekst. De literatuurselectie is weergegeven in bijlage 5.

Resultaten

Literatuursearch en -selectie

+

Er werden geen artikelen gevonden die voldeden aan de selectiecriteria.

Conclusie

Er is geen bewijs gevonden.

Overwegingen

Gewenste effecten

+

Aan de hand van het klinisch onderzoek worden differentiaal diagnoses opgesteld. De indicatie voor het al dan niet maken van röntgenologische opnamen bij deze differentiaal diagnoses is opgenomen in het betreffende hoofdstuk van deze richtlijn.

Ongewenste effecten

+

Zie inleiding van deze richtlijn (van bewijs naar aanbeveling).

Kwaliteit van bewijs

+

Zie inleiding van deze richtlijn (van bewijs naar aanbeveling).

Waarden en voorkeuren van patiënten

+

Patiënten met pijn hebben naar ervaring van de richtlijnontwikkelcommissie doorgaans de behoefte om de oorzaak van hun klacht te achterhalen, zo mogelijk gerustgesteld te worden en geen pijn meer te hebben.

Balans gewenste en ongewenste effecten

+

Als röntgenologisch onderzoek de kans vergroot om therapie in te zetten waarmee de pijn vermindert, dan weegt dit volgens de richtlijnontwikkelcommissie op tegen de nadelen van röntgenologisch onderzoek.

Gelijkheid (health equity)

+

Zie inleiding van deze richtlijn (van bewijs naar aanbeveling).

Aanvaardbaarheid

+

Zie inleiding van deze richtlijn (van bewijs naar aanbeveling). In een waarneemsituatie wordt mogelijk sneller dan in de reguliere praktijk gekozen voor röntgenologisch onderzoek bij patiënten met acute pijn, vanwege ontbreken van informatie uit het dossier en eerder röntgenologisch onderzoek, ook als het mogelijk niet gerechtvaardigd is. Dit knelpunt verdient aandacht in de implementatiefase van de richtlijn.

Haalbaarheid

+

Zie inleiding van deze richtlijn (van bewijs naar aanbeveling).