Gebitsslijtage van blijvende elementen
Screening van gebitsslijtage
Achtergrond
Voor het kwantificeren van gebitsslijtage zijn er in de literatuur meer dan 100 verschillende systemen beschreven. Veel gebruikte systemen zijn de Eccles Index14, de Lussi Index15, de Tooth Wear Index (TWI)16, de Basic Erosive Wear Examination (BEWE)17, en het Tooth Wear Evaluation System (TWES 1.0; TWES 2.0)18,19. Andere in de literatuur genoemde zijn: het Simplified Erosion Partial Recording System (SEPRS)20, het Visual Erosion Dental Examination (VEDE) system (een aangepaste versie van de Lussi index)21, en de Anterior Clinical Erosive classification (ACE)22.
Methoden
Op 17 januari 2024 is in Ovid Medline gezocht naar bewijs uit de literatuur voor beantwoording van de uitgangsvraag. Gezien de overlap tussen de zoekstrategieën voor uitgangsvragen 1, 2 en 3, is er een overkoepelende zoekstrategie opgezet. Hierbij is gezocht naar combinaties van gecontroleerde trefwoorden en vrije tekstwoorden gericht op gebitsslijtage, methoden voor screening en monitoring, en risicofactoren en klinische signalen. De volledige zoekstrategie is opgenomen in bijlage 4. Met behulp van tevoren vastgestelde selectiecriteria is de literatuurselectie uitgevoerd in twee stappen: eerst op basis van titel en abstract en daarna op basis van de volledige tekst. De literatuurselectie is weergegeven in bijlage 5.
Resultaten
Conclusies
ZEER LAAG | Er lijkt een gematigde overeenstemming te zijn tussen beoordeling van intra-orale 3D scans, gebitsmodellen, 2D foto’s en klinische beoordeling van de mond wanneer dezelfde index wordt gebruikt.
Al-Seelawi, 201435; Alaraundani, 201734; Garcia, 202232; Marro, 201829; Mehta, 202136; Travassos da Rosa, 202124; Wohlrab, 201923 |
ZEER LAAG | De gegevens suggereren dat de BEWE minder sensitief is voor het opsporen van gebitsslijtage dan de TWI.
Dixon, 201233 |
ZEER LAAG | De data suggereren dat er met de BEWE een hogere prevalentie gebitsslijtage wordt gevonden dan met de STWI en de EVIDE.
Ramesh, 202227; Margaritis, 201130 |
ZEER LAAG | Het zou kunnen dat slechts een beperkt aantal items van de TWES voorspellend zijn voor de aanwezigheid van gebitsslijtage.
Rius-Bonet, 202326 |
ZEER LAAG | Het zou kunnen dat de SEPRS een sensitieve methode is voor het vaststellen van gebitsslijtage.
Hasselkvist, 202131 |
LAAG | Er lijkt een redelijke correlatie te zijn tussen de cumulatieve BEWE sextant score, de procentuele score van de BEWE en de hoogste BEWE score.
Olley, 201428 |
LAAG | Het zou kunnen dat het gebruik van een halfmondige opname met behulp van de Smith and Knight index sensitiever is voor het beoordelen van gebitsslijtage dan beoordeling van de hele mond.
Steele, 200025 |
Van bewijs naar aanbeveling
Bijlagen
Hieronder vindt u een overzicht van alle bijlagen horende bij de KPR Gebitsslijtage van blijvende elementen (2025)
- Bijlage 1 • Implementatieplan
- Bijlage 2 • Kennislacunes
- Bijlage 3 • Patiënteninformatie
- Bijlage 4 • Literatuursearches
- Bijlage 5 • Literatuurselectie
- Bijlage 6 • Tabellen met studiekarakteristieken
- Bijlage 7 • GRADE Evidence Profiles
- Bijlage 8 • Rationale voor keuze TWES 2.0 als screeningsinstrument
- Bijlage 9 • Orthodontie in relatie tot gebitsslijtage
- Bijlage 10 • Vragenlijst oorzakelijke en risicofactoren gebitsslijtage
- Bijlage 11 • Literatuur
- Bijlage 12 • Belangenverklaringen richtlijnontwikkelcommissie